We hebben een coachgesprek met een student, cliënt of medewerker, maar we voelen aan alles dat we maar heel weinig vaste grond onder de voeten hebben. De ander kan elk moment in zijn schulp kruipen, wegkijken, stilvallen of korte antwoorden gaan geven (‘hmm’, ‘nee’, ‘weet ik niet’). Het contact en de samenwerking is dus (nog) heel beperkt en kwetsbaar. Wat kunnen we in deze situatie doen om dat uit te bouwen? Hierbij 6 Oplossingsgerichte tips!
1. Aansluiten punt 1: tempo en stiltes
We volgen het tempo van de ander. We gaan niet sneller of langzamer. We praten nooit door de ander heen, maar zijn stil zolang deze praat.
We hoeven ook niet bang te zijn voor stiltes. In die stiltes gebeurt namelijk van vaak alles bij de ander – dat zien we als we goed naar de ander blijven kijken – én het geeft ons de tijd om goed na te denken over wat we vervolgens kunnen zeggen of vragen.
Als dat past bij het tempo dat onze gesprekspartner kiest, laten we gerust flinke stiltes vallen. Dat vinden we vaak heel moeilijk, vooral ook omdat het contact waarschijnlijk (nog) ongemakkelijk aanvoelt. We hebben dan de neiging de stiltes te gaan vullen, en zelf te gaan praten en vertellen. Maar juist dan verspelen we het weinige contact dat er is. Voelen we de aandrang om zelf veel te gaan praten, dan zullen we dus op onze tong moeten bijten…
Vaak gaat het ook om ‘niet harder willen dan de ander’. Leun achterover. Een Oplossingsgericht uitgangspunt is ‘leading from behind’ (i.p.v. voor de troepen uitlopen of trekken aan het gras om het sneller te laten groeien).
2. Aansluiten punt 2: kleine erkenning
We laten aan alles merken dat we met aandacht aan het luisteren zijn. Dat doen we door aandachtig, verwachtingsvol en vriendelijk te kijken, te noteren wat de ander zegt, en door bevestigend te knikken, ja te zeggen en instemmend te hummen. Dit noemen we wel ‘kleine erkenning’.
Dit is veel minder risicovol dan expliciete erkenning (‘Nou, dat lijkt me een lastige situatie met je moeder’), waarbij we de plank snel mis kunnen slaan door de woorden die we kiezen.
En, ook voor erkenning is mandaat nodig. Erkenning heeft altijd iets van een oordeel in zich, en onze gesprekspartner kán daar allergisch op reageren en afhaken. Expliciete erkenning is daarom extra risicovol in een situatie van weinig mandaat.
Ook is mogelijk dat de ander snel vindt dat we met onze erkenning ‘het er te dik opleggen’, dat we aan het slijmen zijn, en ook dat kan een reden zijn om af te haken.
Kleine erkenning kan vaak wel, dus dat passen we bij voorkeur toe.
3. Aansluiten punt 3: taalmatching
We gebruiken de letterlijke woorden van de ander, want dat versterkt het gevoel bij de ander dat we echt luisteren. En dat we zijn verhaal ‘accepteren’. Schrijf mee als de ander praat, zodat je zijn woorden precies weet.
Als we andere woorden gebruiken, dan zijn we de ander bovendien aan het ‘verbeteren’, want blijkbaar weten wij een beter woord om de situatie of wens van de ander te beschrijven. De ander kiest zijn woorden niet voor niets, dus het beste wat we kunnen doen is om daarmee verder te werken.
4. Aansluiten punt 4: samenvatten
De samenvatting – in dezelfde woorden als van onze gesprekspartner dus – is vaak een redder in nood voor de coach. Is het contact fragiel of zegt de ander weinig, geef dan een samenvatting van wat de ander precies heeft gezegd (‘Dus als ik het goed begrijp …), met aan het einde de vraag: ‘klopt dat?’
Hiermee kunnen we bijna niet fout gaan, de ander voelt zich gehoord én gaat heel vaak vanzelf verder aanvullen en meer vertellen.
5. Aansluiten punt 5: energie
We kijken goed hoe onze gesprekspartner erbij zit en wat zijn toon is. Bij onze vragen kiezen we een beetje dezelfde energie. Niet droeviger (‘Oh wat erg!’) of blijer (‘Nou dat valt mee!’) dan onze gesprekspartner.
Tip: als de situatie zich ervoor leent, kan een beetje humor wel veel goed doen. Een lief en vriendelijk grapje, of iets ten koste van onszelf, kan de sfeer verlichten. Lekker doen dus!
6. Aansluiten punt 6: inhoudelijk
Als we weinig mandaat ervaren, is het extra belangrijk dat we optimaal aansluiten bij de inhoud van de ander. Wij volgen waar hij over wil praten.
Dit kan ook betekenen dat we in deze situatie iets langer wachten met vragen naar het nut, naar wat het gesprek zinvol voor de ander zou maken. In termen van de Solvitas Mandaatmeter: we zijn voorzichtig aan het verkennen en erkennen. Meer doen we even niet. We geven ook zeker geen advies (want dat werkt alleen als de ander een doel heeft). En als we zelf een doel hebben, zullen we dat ook moeten parkeren.
Pas als het contact zich ontwikkelt en er meer zicht is op dat de ander wellicht een coachvraag voor ons heeft, kunnen we het nut en doel van de ander Oplossingsgericht gaan uitvragen.
Het kan ook zijn dat we in dit soort situaties de stappen een beetje omdraaien, en eerst wat meer vragen te stellen over wat al werkt voor de ander (stap 3 in onze leidraad voor coachgesprekken).
Dat doen we niet om als een gek ‘successen op te gaan duiken’, of ‘uitzonderingen die bruikbaar zijn voor hoe hij verder wil’ te verzamelen. In situaties van weinig coachmandaat kunnen we deze route kiezen, waarbij we eerst vragen stellen over wat al werkt, om een waarderende basis te kweken in het gesprek. Om te laten merken dat we zien wat de ander allemaal al heeft doorstaan of gedaan heeft. En de ander kan hieruit zelf ook vertrouwen putten, om überhaupt een wens, een doel, te hebben.
Dat kunnen we doen door algemene vragen te stellen (‘Wat doe je zoal, op je dagen?’), erkenning te geven, en door te vragen over waar de ander al een beetje tevreden over is, of wat al lukte.
En wie weet… met deze 6 tips kan het zomaar lukken om het contact en de samenwerking in het gesprek verder uit te bouwen, en krijgen we de gelegenheid de ander te helpen met een coachvraag.
Succes!
p.s. Wil jij ook die prettige, slimme, ontspannen en effectieve coach zijn waar studenten, cliënten of medewerkers mee weglopen? Dat kan! Meld je dan aan voor de Training Oplossingsgericht Coachen die in november start. Deze training van 4 bijeenkomsten (1 hele dag en 3 dagdelen) leert je de juiste vragen te stellen die je direct in de praktijk kunt gaan toepassen. Kijk hier voor meer informatie en aanmelden.
p.s.2 Of wil jij jouw student, cliënt, collega of medewerker bewegen tot ander gedrag, en een slim zetje in de goede richting geven ? Dat leer je op een prettige en vernieuwende wijze aan te pakken in de training ‘Effectief adviseren en beïnvloeden’. Je krijgt concrete gespreksstrategieën in handen waarmee je in lastige situaties effectief invloed kunt uitoefenen. Ook deze training start in november. Kijk hier voor meer informatie en aanmelden.