Je bent aan het coachen, maar voelt geen vaste grond onder de voeten… Soms is dat omdat je geen mandaat hebt. Of omdat je over iets zit te praten dat de ander niet persé nuttig vindt. Maar het kan ook zijn dat hetgeen waar je op coacht niet helemaal ‘raak’ is. Het doel klopt niet. Je kunt er op een of andere manier niet goed op coachen. In dit blog leggen we uit dat er 2 redenen daarvoor zijn, en hoe je dit om kunt buigen.
Reden 1 : Het doel is een ‘negatief doel’. Iets dat de ander niet meer wil.
Bijvoorbeeld:
‘Ik wil die onzekerheid niet meer’
‘Ik wil niet meer in angst zitten over mijn tentamens’
‘Ik wil me geen zorgen meer maken over […]’
‘Ik wil niet meer van hem afhankelijk zijn’
Een negatief doel werkt niet, omdat er eigenlijk geen beeld is van wat daarvoor in de plaats moet komen. Het doel is eigenlijk geen doel, maar een beschrijving van het probleem… Daar kun je Oplossingsgericht nog niet mee uit de voeten 🙂 De coachee wordt er ook niet warm van… het doel is niet ‘delicious’!
Een negatief doel kun je ombuigen naar een doel wat beschrijft wat de ander wel wil. Naar een positief geformuleerd doel.
Voorbeeldvragen:
- Wat wil je daarvoor in de plaats?
- Dus je wil niet meer in angst zitten over je tentamens. Wat zou je in plaats daarvan willen voelen over je tentamens?
- Hoe zou dat eruit zien als je je geen zorgen meer maakt?
Reden 2 : Het doel is een resultaat waarbij een ander bepalend is.
Kwantitatieve doelen vallen hier vaak onder.
‘Ik wil een 8 voor mijn tentamen’
‘Ik wil minimaal 10 deelnemers voor mijn volgende training’ (lees dit blog van Irene)
‘Ik wil … euro verdienen bij mijn werkgever’
Bij deze doelen gaat het (nog) niet om het gedrag van de coachee, maar om wat anderen doen. De docent geeft de 8, de deelnemers schrijven zich in, of de werkgever kent het salaris toe. Anderen zijn dus bepalend of deze doelen gehaald worden.
Dus hoor je een kwantitatief doel? Alarmbel! 🙂
Naast kwantitatieve doelen, gaat het ook om doelen waarin de ander of anderen expliciet genoemd worden.
‘Ik wil dat hij weer tevreden over mij is’
‘ik wil dat we in ons groepje/team beter samenwerken’
‘Ik wil dat mijn schulden worden kwijtgescholden door […] ’
‘Ik wil dat X mijn projectverslag goedkeurt’
Ook in al deze gevallen zijn anderen bepalend.
Er zijn ook varianten zoals ‘Ik wil mijn diploma halen’ (afhankelijk van de onderwijsinstelling) of ‘Ik wil dit semester 20 studiepunten halen’ (kwantitatief). Ook in deze gevallen is er te weinig link naar je eigen gedrag.
Zowel bij de kwantitatieve doelen als bij al dit soort doelen waarbij een ander bepalend is, is het daarom belangrijk het doel binnen de eigen invloedssfeer te brengen.
- Welk verschil zou dat voor jou maken?
- Dus wat je graag wil bereiken is […]. En wat zou ons gesprek hierover nu nuttig kunnen maken?
- Een 8 zou natuurlijk supermooi zijn… Hoe ziet het er uit als jij bezig bent die 8 te halen? Welk gedrag wil je van jezelf zien om dat mogelijk te maken?
- Je wil dat je projectverslag wordt goedgekeurd. Wat weet je al wat ervoor nodig is om dat voor elkaar te krijgen?
En dan kun je alsnog lekker verder coachen en doorvragen, met vaste grond onder de voeten 🙂
Succes en fijne dag!
Leuk als je deze tip deelt.
Zo help je anderen met informatie en worden wij beter gevonden. Bedankt!
